En al het volk zag de donderen en de bliksemen en het geluid der bazuin en de rokende berg. Toen het volk dit zag, weken zij af en stonden van verre.

— Exodus 20:18

De Heere liet de wetgeving op de Sinaï gepaard gaan met ontzettende natuurverschijnselen, zoals donder en bliksem. Er was een aardbeving en het geluid van een bazuin.

Hierdoor werd voor alle Israëlieten duidelijk dat God heilig en geducht was, ontzagwekkend en vreeswekkend. Je kunt dus niet ongestraft met God spotten.

Hoe ga jij met God om en met Zijn heilige wet? Beefde je wel eens voor de Schepper van hemel en aarde, jóuw Schepper? Beefde je wel eens voor de Rechter van hemel en aarde, jóuw Rechter? Hij daagt je eenmaal voor Zijn rechterstoel. Je ontloopt dit niet. Kun jij dan voor Hem bestaan? Heb je een Advocaat, een Pleitbezorger? Nam jij ooit en neem je ook steeds weer de toevlucht tot Gods Zoon, de Zaligmaker der wereld?

De wet stelt je schuldig. Je wordt overtuigd van je helwaardigheid, dat je de straf van Gods toorn verdiend hebt. En zo komt er plaats in je gemoed voor de straf-dragende en schuld-overnemende Borg. Welnu, Hij is er. Hij roept je door deze huiveringwekkende ervaringen heen, om tot Hem te gaan.

Je kunt beter niet van God wegvluchten, zoals het volk Israël in de woestijn deed, maar naar Hem toe vluchten.