Maar u hebt enige weinige namen ook te Sardis, die hun klederen niet bevlekt hebben, en zij zullen met Mij wandelen in witte klederen, omdat zij het waardig zijn.

— Openbaring 3:4

Wit is de kleur van blijdschap, zoals zwart de kleur van rouw is. Salomo schrijft in Prediker 9 vers 8: “Laten uw klederen altijd wit zijn, en laat op uw hoofd geen olie ontbreken.” Hij bedoelt: wees vrolijk!

Hoe kom jij aan witte kleren? Hoe kom je aan echte vrolijkheid? In Psalm 97 zingen we:

Gods vriend’lijk aangezicht,

Heeft vrolijkheid en licht

Voor all’ oprechte harten.

Zo mag je en kun je met Christus wandelen, niet in zwarte kleren van rouw of verdriet, maar in witte kleren van blijdschap en vrolijkheid. Rouw mag je wel hebben – over je zonden. Verdriet mag je Hem wel vertellen – over alles wat van binnen zo zeer doet. Maar niet in de zin dat het wandelen met Christus je berouwt of teleurstelt.

Wit is ook de kleur van zondeloosheid, smetteloze reinheid.

Hoe kom je aan zulke smetteloos witte kleren? Kun jij je in geestelijk opzicht schoon maken en rein bewaren? In ditzelfde hoofdstuk wijst Jezus je de weg (vers 18). Hij zegt: “Ik raad je dat je van Mij witte klederen koopt, opdat je bekleed wordt, en de schande van je naaktheid niet geopenbaard wordt.”

Vervoeg je vandaag nog aan dit Adres.