In den beginne schiep God den hemel en de aarde.
— Genesis 1:1
Het eerste woord uit de Bijbel plaatst ons voor God, Die de Bron is van alle echte zegen. Er zijn direct al mensen die God van Zijn eer beroven door de eerste drie verzen anders te vertalen. Ongeveer zo: Toen God met scheppen begon …, en de aarde woest en ledig was …, toen zei God …! Snap je wat het gevolg daarvan is? Dan zou schepping een omvorming zijn van een wereld die al bestond. Maar wie heeft die wereld dan geschapen? Of is die ontstaan uit een oerknal? Zijn er misschien meer goden dan de ene ware God. Nee, zoals de Statenvertaling heeft vertaald, is het: de schepping van een wereld die van te voren niet bestond. De wereld dankt haar bestaan aan God. Hij staat aan het begin van alles. Dat betekent dat we op Hem zijn aangewezen. Van Zijn openbaring moeten we het hebben. Mogen we het hebben. Hij heeft Zich geopenbaard. In Zijn Woord. Geef mij Uw Geest, Heere, opdat ik U mag kennen.
Maar het betekent ook dat Hij recht heeft op ons, zodat jij vandaag niet onbekeerd verder mag leven en niet mag doen waar je zelf zin in hebt. Staat God aan het begin, Hij staat ook aan het einde. We moeten rekenschap aan Hem afleggen. Kun jij dat? Nee, alleen in Christus. Ken jij de Zoon?
Door Ds. J. Lohuis