12 Juni 2020
The Great Awakening
The Great Awakening

En de lieden van Ninevé geloofden aan God

— Jona 3:5

Op 8 juli 1741 hield de Amerikaanse puritein Jonathan Edwards een boetepreek. Boven zijn preek schreef hij de woorden: 'zondaars in de handen van een toornend God'. En deze boetepreek luidde een periode in, die wel wordt genoemd ‘The Great Awakening’, de Grote Opwekking. En Jonathan Edwards waarschuwde in deze preek heel ernstig. O zondaar! Zie het vreselijke gevaar waarin u verkeert: het is een bodemloze put, vol van het vuur der wrake, waarboven u door Gods hand wordt vastgehouden. U hangt aan een zijden draadje en de vlammen van goddelijke toorn die om u heenslaan, kunnen het ieder moment verteren en doen vergaan. Het taalgebruik en de voorstellingen waren zo levendig dat veel mensen die Edwards aanhoorden, om genade riepen en sommigen vielen flauw. Vandaag de dag vinden veel mensen deze preek schokkend. Mensen die opgevoed zijn met de prediking: 'Jezus houdt van jou', die zijn verbijsterd dat iemand God met zulke afschrikwekkende bewoordingen zou beschrijven. Er wordt gezegd dat Edwards er behagen in schepte om zijn gemeente bang te maken. Niets is minder waar. Hij was een gevoelige pastor en een nauwgezet theoloog die op Bijbelse basis het oordeel van God preekte. Bovenal, de Heere heeft er Zelf Zijn goedkeuring aan gegeven, getuige de Grote Opwekking die er op volgde. En wij zien hetzelfde bij de prediking van Jona. Een ernstige boeteprediking. Maar wat een vrucht. Ninevé geloofde aan God. En zij bekeerden zich.

Ds. M.A. Kempeneers

Door Ds. M.A. Kempeneers

Ook interessant
JouwKompas is een initiatief van omsionswil.nl