En zij zeiden tegen Mozes: “Spreekt u met ons, en wij zullen horen. En laat God met ons niet spreken, opdat wij niet sterven!”

— Exodus 20:19

God wil dat wij een Middelaar gaan zoeken. De Heidelbergse Catechismus leert het ons in de vijfde en de zesde zondagsafdeling. Daar lees je: Aangezien wij volgens Gods rechtvaardig oordeel tijdelijke en eeuwige straf verdiend hebben, is er een middel, waardoor wij deze straf zouden kunnen ontgaan en weer tot genade komen?

God wil dat aan Zijn gerechtigheid voldaan wordt. Daarom moeten wij daaraan óf door onszelf óf door een ander volkomen betalen.

Kunnen wij zelf betalen? Op geen enkele manier. Maar wij maken ook de schuld nog dagelijks groter.

Wat moeten wij dan voor Middelaar en Verlosser zoeken?

Zo Iemand, Die een echt en zondeloos mens is, en Die toch sterker is dan alle schepselen, dat is, Die ook tegelijk echt God is.

Maar wie is deze Middelaar, Die tegelijk echt God en een echt en zondeloos mens is?

Onze Heere Jezus Christus, Die ons door God geschonken is tot wijsheid, rechtvaardigheid, heiligmaking, en een volkomen verlossing.

De Catechismus verwijst bij deze laatste zin naar 1 Korinthiërs 1 vers 30.

Leer dit vers uit je hoofd. En bid dit vers aan de genadetroon.