En nadat Johannes overgeleverd was, kwam Jezus in Galiléa, predikende het Evangelie van het Koninkrijk Gods, en zeggende: De tijd is vervuld en het Koninkrijk Gods is nabijgekomen; bekeert u en gelooft het Evangelie.

— Markus 1: 14, 15

Markus en Matthéüs benadrukken dat de volle bediening van Jezus pas begon nadat Johannes was gevangen genomen (zie kanttek. 17 bij Markus 1). Zijn eerste boodschap sloot naadloos aan op die van Johannes. Hij herhaalt vrijwel letterlijk wat Johannes had gezegd (zie bijv. Matthéüs 3: 2). Het was tevens de korte samenvatting van heel Zijn prediking!

 

Die boodschap moet daarom de kern zijn van de prediking van al Gods knechten.

Wat was die boodschap? Bekeer je en geloof het Evangelie! Dat was een korte preekje! Er is geen waar geloof zonder ware bekering. Maar er is ook geen ware bekering zonder waar geloof. De bekering gaat echter wél voorop. De Heere Jezus zegt het niet zomaar zo.

 

Jij en ik moeten omkeren op onze levensweg. We rennen van God weg, maar we moeten terug naar Hem. Met ieder stap die we zetten vergroten we onze schuld tegenover God. En die is al zo nameloos groot! Zo groot dat we die nooit zelf kunnen betalen. Als we op de ingeslagen weg doorgaan, gaan we voor eeuwig verloren. En dat volstrekt rechtvaardig.

 

Bekeer je daarom en geloof het evangelie! Hoe? De Heere Jezus zegt het hier niet. Hij eist het eenvoudigweg. Hij geeft ook de reden: Het Koninkrijk Gods is nabij gekomen. Christus is gekomen. Hij is het die door dit Woord tot je spreekt. Hij zegt: Wendt u naar Mij toe, wordt behouden, alle gij einden der aarde; want Ik ben God en niemand meer. (Jesaja 45:22).