Toen ging Jezus met hen in een plaats genaamd Gethsémané en zeide tot de discipelen: zit hier neder, totdat Ik heenga en aldaar zal gebeden hebben.

— Mattheüs 26:36

We zitten in de lijdenstijd. De afgelopen zeven weken is er in de kerkdiensten telkens weer te horen geweest over het lijden en sterven van de Heere Jezus. Deze week lees je telkens weer over de gebeurtenissen in de hof van Gethsémané. Daar gaat de Heere Jezus met Zijn discipelen naar toe. Hij weet dat Hem een ontzettende lijdensweg te wachten staat, waarin Hij veel moet lijden en moet sterven. Maar voordat Hij die weg gaat, zoekt Hij eerst biddend het aangezicht van Zijn hemelse Vader. Hij weet waar Hij met Zijn nood, angst en pijn uit heeft te komen.

In deze weg gaat Hij Zijn gelovigen voor. Er zijn in jouw leven ook vast wel dingen waar je enorm tegenop kunt zien of bang voor bent. De beste weg die jij kunt bewandelen is de weg van het gebed. Om je knieën te buigen en je handen te vouwen. Om al je zorgen en angsten voor de Heere uit te spreken. Daarin mag je je afhankelijkheid belijden en Hem vragen Zijn wegen aan te wijzen. Daarin mag je van Hem verwachting hebben. Niet omdat jij dat verdiend hebt of zo goed bent. Maar omdat de Heere goed is voor zondaren, die het van Hem leren verwachten.