Weet gijlieden niet dat die in de loopbaan lopen, allen wel lopen, maar dat één den prijs ontvangt?

— 1 Korinthe 9: 24-27

Paulus gebruikt in 1 Korinthe 9 het beeld van een atleet, die strijdt om het behalen van de overwinning. Hiervoor trainde een atleet zo hard. Dit was zijn doel: de overwinning behalen. Hij werd gemotiveerd door de gedachte dat er maar één is, die de prijs krijgt. Daar zet hij alles voor opzij en zet hij alles voor in. Het vroeg een enorme inzet om die eerste prijs te behalen. Met diezelfde ijver hebben de Korinthiërs zich in te zetten voor het Evangelie. De gelovigen in Korinthe dienen zo ook maar één doel voor ogen te hebben: de volmaaktheid die in Christus Jezus is. De kroon, die dan is weggelegd is ook nog eens een onvergankelijke kroon. Voor hen die in dit leven trouw voor Christus hebben gestreden is er immers geen krans van vergankelijke bladeren, maar één van het eeuwige leven.

 

Dat vraagt wel flink afzien. Zo zal een christen ook dienen af te zien van allerlei wereldse verleidingen. Wie immers daaraan toegeeft zal de hoofdprijs mislopen. In het leven van een christen kan het niet op een akkoordje worden gegooid met de zonde. Wie de zonde toelaat in zijn leven maakt daarmee zichzelf verwerpelijk (1 Kor. 9: 27).

 

Hoe vaak train jij? Hoeveel span jij je in? Nee, dan wordt daarmee niet het sportveld bedoeld. Maar wie wil leven voor de Heere zal zich ook moeten inspannen. Dat vraagt een ijverig bestuderen van de Schriften. Het vereist een strijden tegen de zonde en tegen de wereld. Gelukkig hoeft deze strijd niet in eigen kracht gevoerd te worden. Want er is er Eén, Die de strijd al heeft gestreden en de overwinning al heeft behaald. Alleen onder Zijn leiding ben je verzekerd van de overwinning.