Die in de schuilplaats des Allerhoogsten is gezeten, die zal vernachten in de schaduw des Almachtigen.

— Psalm 91: 1

Die in de Schuilplaats van de Allerhoogste God woont en zit, die zal vernachten in de Schaduw van de Almachtige (God). El Schaddai!

Overnachten. Slapen! Ook daarvoor geldt, dat je dat doet ergens waar je je veilig voelt. Je gaat niet op een plek liggen om te slapen, waar het niet veilig is. Waar mensen je willen beroven of nog erger: doden. Daar ga je niet even lekker liggen om rustig te slapen.

Ik zeg dat misschien een beetje heftig. Maar er valt volgens de Bijbel een schaduw over jouw leven. In psalm 23 en Jesaja 9 gaat het over mensen die lopen, leven en wonen in de schaduw van de dood. Dat is niet best! Je zou toch geen oog meer dichtdoen!

Hoe zit dat bij jou, jonge vriend of vriendin?

Slaap jij lekker door onder de schaduw van de dood? Kan jij lekker slapen, terwijl jij weet dat je sterven moet en de dood ieder uur wenkt? Kan jij rustig blijven slapen? Zie je het gevaar dan niet?

Er is ook een andere schaduw. De Schaduw van de Almachtige. Psalm 91 en bijvoorbeeld ook psalm 121 spreken daarvan. God, Die jou overschaduwt. De Almachtige God, overal en altijd jouw Beschermer! Geen stekende zon, geen stekende maan. Geen pijlen die overdag vliegen (vers 5). Geen besmettelijke ziekten die je bedreigen. Zelfs COVID (Corona) niet. De Almachtige beschermt je. Onder Zijn Schaduw ben je. Daar kan je rustig slapen, zingt psalm 3. Want Hij ondersteunt mij. Hij overschaduwt mij. In de nacht van mijn leven – als het buiten (om mij heen) duister wordt – schuil ik bij Hem!

Onder welke schaduw leef jij vandaag?

Die van de dood? Of die van het Leven?

Heere, God van het Verbond: werp Uw schaduw over mij heen en laat mij schuilen onder Uw vleugels