Ik zal tot den HEERE zeggen: Mijn Toevlucht en mijn Burg! mijn God, op Welken ik vertrouw!
— Psalm 91: 2
Ik zal tot de HEERE zeggen… heerlijk als je zo deze dag begint of eindigt. Hij is MIJN Toevlucht. Hij is MIJN Burg.
Bij een burg mag je denken aan een veilige plek in de bergen, een plek tussen of op de rotsen, een grot of spelonk. We kennen dat uit de geschiedenis van David. Hij verstopte zich ook vaak voor Saul in een rots of in een spelonk in de bergen. Daar ben je veilig.
De HEERE is een rots of een grot of een hoge plek op de rotsen, waar je veilig bent. Maarten Luther zong in zijn bekende lied van de Reformatie: “Een vaste Burcht is onze God, een Toevlucht voor de Zijnen. Al drukt het leed, al dreigt het lot, Hij doet zijn hulp verschijnen!”. Mijn God is een Steenrots, zingt David in psalm 18. Een rots om in te wonen (psalm 31 en 71). Dan ben je, ook in 2022, veilig.
We weten niet wat er allemaal boven ons hoofd hangt in 2022. Dat is maar goed ook. De toekomst is voor ons verborgen. Er kunnen mooie dingen gebeuren en er kunnen moeilijke dingen gebeuren. Wat een zegen is het, wanneer je mag zeggen: HEERE, God van het Verbond en van mijn doop: U bent mijn (!) Burg. U bent mijn (!) God. U beschermt niet alleen anderen, maar ook mij. Ik ben van U en U bent van mij. Dan ben je zalig, gelukkig en veilig.
Misschien zeg je vandaag: “Kan en wil die God ook voor mij zorgen?”. Dan is het antwoord: “Ja!”. In jouw doop heeft God als Vader beloofd dat Hij je voor het kwade wil bewaren en als dat kwade toch komt, dat Hij je dan zo wil bewaren, dat het kwade je brengt bij het beste. En dat beste is: schuilen bij God.
Door Ds. J.R. van Vugt