.

— Kolossenzen 2: 9-15

We eindigen ons loflied op Christus, ons voorgezongen door Paulus en de Heilige Geest, met deze woorden. Ingewikkelde tekst! Maar zo troostrijk voor jonge gelovigen!

 

We zijn IN Hem volmaakt (10). God woont in Hem en wij door genade en Zijn Geest ook! Hij is het Hoofd van alle overheden en machten (lees ook vers 15). Hij heeft alle machten al overwonnen en heerst overal. En wij zijn IN Hem met Hem meer dan overwinnaars!

 

In Hem zijn wij ook besneden van hart. Het oude en zondige vlees is eruit getrokken en door mij afgelegd. Ik ben met Christus besneden, begraven in Zijn dood, door de doop. En met Hem opgestaan en opgewekt in een nieuw leven, een nieuwe gehoorzaamheid. Ik leef niet meer, maar Christus leeft in mij. Want ik ben met Hem gestorven. Hij heeft mij het geloof geschonken door de werking van God (de Heilige Geest). Hij redde mij, toen ik nog dood was in zonden en misdaden. Hij vergaf mij al mijn zonden. Hij heeft de schuld van de Wet voor mij gedragen en uitgewist, aan het kruis gespijkerd. Alle menselijke inzettingen, ijdele filosofie, wetenschap en moderne theologie ten spijt, is dit wat overblijft: toen Hij stierf, stierf ik met Hem. Toen Hij begraven werd, werd ik ook begraven. Toen Hij opstond, stond ik met Hem op. De (mijn) doop is daar de bevestiging van. En door Zijn Heilige Geest, werkt en woont Hij in mij.

 

Wij geloven en ik geloof “… in de Heilige Geest, Die Heere is en levend maakt, Die van de Vader en de Zoon uitgaat, Die samen met de Vader en de Zoon aanbeden en verheerlijkt wordt, Die gesproken heeft door de profeten. En één, heilige, algemene en apostolische Kerk. Ik belijd één doop tot vergeving van de zonden, verwacht de opstanding van de doden, en het leven van de toekomende eeuw. Amen.