1 Maar hoor nu Mijn knecht Jakob, en Israël, dien Ik verkoren heb!
2 Zo zegt de HEERE, uw Maker, en uw Formeerder van den buik af, Die u helpt: Vrees niet, o Jakob, Mijn knecht, en gij, Jeschurun, dien Ik uitverkoren heb!
3 Want Ik zal water gieten op de dorstigen, en stromen op het droge; Ik zal Mijn Geest op uw zaad gieten, en Mijn zegen op uw nakomelingen.
4 En zij zullen uitspruiten tussen in het gras, als de wilgen aan de waterbeken.
5 Deze zal zeggen: Ik ben des HEEREN; en die zal zich noemen met den naam van Jakob; en gene zal met zijn hand schrijven: Ik ben des HEEREN, en zich toenoemen met den naam van Israël.
6 Zo zegt de HEERE, de Koning van Israël, en zijn Verlosser, de HEERE der heirscharen: Ik ben de Eerste, en Ik ben de Laatste, en behalve Mij is er geen God.

— Jesaja 44:1-6

Gisteren de hemelvaart van de Heere Jezus en Zijn belofte van de Heilige Geest herdacht. Jezus zei bij Zijn afscheid tot de discipelen:  “Maar gij zult ontvangen de kracht van de  Heilige Geest, Die over u komen zal; en gij zult Mijn getuigen zijn, zo te Jeruzalem, als in geheel Judéa en Samaría, en tot aan het uiterste der aarde” (Handelingen 1:8). Dit is de belofte van de Vader. De belofte, die u van Mij – zegt Jezus - gehoord en ontvangen hebt. We lezen dat in Johannes 14, 15 en 16: “Maar de Trooster, de Heilige Geest, Welken de Vader zenden zal in Mijn Naam, Die zal u alles leren, en zal u indachtig maken alles wat Ik u gezegd heb “(Joh. 14:26). Of: ” Maar wanneer de Trooster zal gekomen zijn, Dien Ik u zenden zal van den Vader, namelijk de Geest der waarheid, Die van den Vader uitgaat, Die zal van Mij getuigen” (Joh. 15:26). Of lees ook eens Johannes 16 vers 13.

Het is Hemelvaart geweest en we leven naar Pinksteren. Pinksteren: het feest van de uitstorting van de Heilige Geest. Jezus heeft Zijn belofte vervuld. De belofte van de Vader. En die belofte sluit naadloos aan op Jesaja 44. God Zelf gaat WATER gieten op de dorstigen en stromen op het droge. Overvloed aan zegeningen! Gieten. Stromen. Op dorstige en droge mensen. De Geest wordt uitgestort op uw zaad… dat zijn onze kinderen, de nakomelingen. Geest en zegen. Alles bij God vandaan. Tot de einden van de aarde. En de einde van de dagen. Ik Ben.

Ik ZAL, zegt God. Ik Zal Uitgieten! En wij zullen getuigen zijn. Kom dan, Schepper Geest. Mijn ziel schreeuwt tot U, o God. Om Levend Water en een Levendmakende Geest.