12 En zie, Ik kom haastiglijk en Mijn loon is met Mij, om een iegelijk te vergelden, gelijk zijn werk zal zijn.
13 Ik ben de Alfa, en de Omega, het Begin en het Einde; de Eerste en de Laatste.
14 Zalig zijn zij, die Zijn geboden doen, opdat hun macht zij aan den boom des levens, en zij door de poorten mogen ingaan in de stad.
15 Maar buiten zullen zijn de honden, en de tovenaars, en de hoereerders, en de doodslagers, en de afgodendienaars, en een iegelijk, die de leugen liefheeft, en doet.
16 Ik, Jezus, heb Mijn engel gezonden om ulieden deze dingen te getuigen in de Gemeenten. Ik ben de Wortel en het geslacht Davids, de blinkende Morgenster.
17 En de Geest en de bruid zeggen: Kom! En die het hoort, zegge: Kom! En die dorst heeft, kome; en die wil, neme het water des levens om niet.
— Openbaring 22:12-17
Vandaag sluiten we de overdenkingen voor deze week af. Nog één keer denken we aan water. We zijn begonnen in psalm 42 en via Jesaja 55, Johannes 4 en 7 en Jesaja 44 nu aangekomen bij het laatste Bijbelboek. De laatste verzen in de Bijbel.
Het water is in psalm 42 het verlangen naar God. Zoals een vrouwtjeshert schreeuwt naar water, zo schreeuwt (verlangt) mijn ziel tot U, o God. Mijn ziel dorst naar God, naar de levende God. Wanneer zal ik ingaan en voor Zijn aangezicht verschijnen?
Verlang jij ook zo naar God? Naar het Levende Water, Jezus Christus? Naar het werk van de Geest in je leven? Zodat je mag drinken bij de Bron, Jezus Christus en mag gaan uitdelen van Hem? Getuigen zijn? Stromen van Levend Water uit je buik…
De Geest en de bruid… De bruid, dat zijn alle gelovigen. Ze verlangen naar de komst van de Bruidegom. Jezus Christus. Zoals een hert verlangt naar water, zo verlangt de bruid (de vrouw) naar de Bruidegom. En, wat we vast mogen geloven: Hij verlangt ook naar ons. Om ons bij Zich te nemen.
Wanneer zal ik voor uw aangezicht verschijnen? Het gaat om het vriendelijk aangezicht van de Heere. Zonder de Heere Jezus wil ik niet in de hemel zijn. Het gaat niet om poorten van parels en straten van goud, maar het gaat om Hem. Om te drinken van Hem. Om Zijn liefde te proeven. Om de eeuwige bruiloft te vieren. Om aan te zitten aan de eeuwige maaltijd op de berg Sion.
En de Geest en de Bruid zeggen… kom. En die dorst heeft, die kome…en die wil, die neme het Water des Levens om niet.
Heere, hier ben ik. Uw Geest in mijn hart roept met mijn geest, tot de levende God: “Kom Heere Jezus…”.
Door Ds. J.R. van Vugt