Israël, hoop op de HEERE, want bij de HEERE is goedertierenheid, en bij Hem is veel verlossing.

— Psalm 130:7

Niet alleen jij, maar iedereen moet bij de Heere terecht komen. Vandaag nog! Niet alleen jij, maar al je vrienden, al je familieleden. Nodig ze maar uit om op God te hopen, reikhalzend naar Zijn genade of goedertierenheid uit te zien. Als jij zelf ervaring hebt opgedaan van Gods goedheid in het vergeven van al je zonden, dan gun je het iedereen. Dan wil je niets liever dan dat je ouders, broers en zussen, klasgenoten of collega’s óók deze goedheid van God leren kennen en de blijdschap daarover voelen in hun ziel.

Daarom nodigt de dichter heel het volk Israël uit om goede gedachten over God te koesteren: bij de Heere is immers goedertierenheid en veel verlossing!

Als iemand jou zou vragen: hoe weet je dat? Wat zou jij dan zeggen? Heb je het alleen maar van horen zeggen? Misschien wel van je eigen lieve moeder, of van je beste vriendin, maar toch … van horen zeggen?

Dat is niet zo sterk. Als je het zelf hebt beleefd, door de werking van de Heilige Geest – bid er om! – dan hebbe je uitnodiging en getuigenis veel meer waarde.

Hoe dan ook: laat je naaste niet voortmodderen, maar wijs ze op de Heere Die helpen kan in nood!