Een onderwijzing van David. Welgelukzalig is hij wiens overtreding vergeven, wiens zonde bedekt is.

— Psalm 32:1

Ben jij echt gelukkig? Het is wel eens goed om jezelf die vraag te stellen. Ben jij nu echt gelukkig? Er zijn heel wat mensen die zeggen dat je echt gelukkig bent als je een goede gezondheid of veel vrienden en vriendinnen hebt. Als het goed gaat op school of je werk. Het zijn zeker dingen waarvoor je de Heere dankbaar mag zijn. Maar maken deze dingen je echt gelukkig?

David laat ons in psalm 32 zien wanneer je echt gelukkig bent. In vers 1 spreekt hij zelfs over ‘wel-geluk-zalig’. Dat is de overtreffende trap van gelukkig zijn. Eigenlijk laat hij ons zien wanneer je volmaakt gelukkig bent. Dat is niet als je veel geld, invloed of vrienden hebt. David kan het weten: hij is zelf koning en weet van al die dingen best af. Toch vormen die dingen vorm het hoogste geluk niet. Hij heeft in zijn leven leren zien dat je pas volmaakt gelukkig bent als je overtredingen zijn vergeven en je zonde bedekt is. Als je persoonlijk weten mag: “Het is goed tussen mij en tussen de Heere”. Als je weten mag dat al jouw zonden door het bloed van de Heere Jezus zijn bedekt en je weten mag dat de Heere jouw Heere en Heiland is geworden. En nu jij: ben jij werkelijk gelukkig? Welgelukzalig, omdat de Heere Jezus jouw Zaligmaker is? Misschien moet je eerlijk zeggen: “Nee, dat ben ik niet”. Belijdt het de Heere dan maar biddend, opdat Hij je dit hoogste geluk zou schenken.