Geliefden, ik vermaan u als inwoners en vreemdelingen, dat gij u onthoudt van de vleselijke begeerlijkheden, welke krijg voeren tegen de ziel; En houdt uw wandel eerlijk onder de heidenen; opdat in hetgeen zij kwalijk van u spreken als van kwaaddoeners, zij uit de goede werken die zij in u zien, God verheerlijken mogen in den dag der bezoeking.

— 1 Petrus 2: 11 en 12

We staan vandaag nog een keer stil bij die machtige woorden van Petrus. Woorden van de Heilige Geest van God Zelf. Geliefden…. Zo spreekt Petrus de gemeenten aan. Geliefden…. Zijn het allemaal van die lieverdjes dan? Welnee. Maar deze mensen hebben de liefde van God in hun hart. De liefde van God voor zondaren kwam in hun leven. Ze kunnen en willen zich niet langer meer verzetten tegen die liefde. Die liefde zit nu ook in hun hart. God heeft eerst liefgehad. Daarom stuurde Hij Zijn Zoon (Johannes 3:16). Zij geloven dit en hebben de liefde van God nu ook in hun hart en hebben daarom ook God en de naasten lief. Geliefden….

 

Ben jij ook zo’n geliefd kind van God? Ik vraag niet of je een lieverdje bent. Of je een lievig karakter hebt. Of je lief bent voor je poes, goudvis en je buurman en de jongeren om je heen. Daar gaat het hier allemaal niet over. Het gaat hier om de liefde van God in de harten van zondige mensen. Kan dat? Kunnen mensen die van nature geneigd zijn God en de naaste te haten (Catechismus) aangesproken worden als ‘geliefden’? Ja, dat kan. Omdat de liefde van God veel groter is dan onze grootste zonde en haat. In Zijn eeuwige liefde zakken wij als zondaren helemaal weg en worden ‘geliefd’ door onze Hemelse Vader. Hoe dat kan? God heeft Zijn Zoon lief en wie in de Zoon van God gelooft, is één met Hem. Opgenomen in Hem. Eén plant met Hem (Romeinen 6, Johannes 15). En deelt daarom in die liefde en is geliefd door de Vader.

 

Kan ik weten dat ik een geliefd kind van God ben? Ja. Dan ben je verliefd op God en Jezus en haat je de zonden.