Leid mij in Uw waarheid en leer mij, want Gij zijt de God mijns heils; U verwacht ik den gansen dag.’!

— Psalm 25: 5

Wat David zingt, zingen wij in onze berijming van 1773 zo: ‘Leid

mij in Uw waarheid, leer ijv’rig mij Uw wet betrachten; Want Gij

zijt mijn heil, o HEER’, ’k Blijf U al den dag verwachten.’ Sluit het

eerste gebedje dat de Heere Sukey Harley2 leerde, niet op onze

tekstwoorden aan? ‘Leid mij in de ware kennis van Uw lieve

Zoon.’ Wat een medicijn tegen ongelovigheid en wantrouwigheid.

Leid U mij, HEERE, dat ik Uw vaste beloften in Uw Woord

mag geloven. ‘Ik geloof Heere, kom mijn ongelovigheid te hulp’

(Markus 9: 24). Met andere woorden: Ik vertrouw Heere, kom

mijn wantrouwigheid te hulp.

En leert U mij, en dan niet zomaar zonder oorzaak, nee, er

ligt bij David een gegronde reden aan ten grondslag.

Wat bent u gelukkig, wanneer dat ook uw gefundeerde

reden mag zijn, waardoor de Heere niet van Zijn eigen Woord

afstapt (af kan): ‘Want Gij zijt de God mijns heils. Voor mijn

lichaam, ziel en zaligheid ben ik helemaal en totaal afhankelijk

van U alleen!’ En dat werkt wat uit.

Ik hoop dat we ons door Gods genade hierin mogen herkennen:

‘U verwacht ik [dat betekent volgens de kanttekenaren:

‘Uw genadige hulp en verlossing’] den gansen dag.’ Mijn

geloofsoog is gericht op waar U Uw treden wendt, zodat ik

mag opmerken hoe U mij voorgaat op Uw wegen en Uw

paden. Dat doet mij denken aan een lied onderweg, wanneer

het er voor u en mij echt op aankomt: ‘Houd Gij mijn handen

beide met kracht omvat, wees Gij mijn vast geleide op

’t smalle pad. Alleen kan ik niet verder, geen enk’le schree,

neem trouwe Zieleherder, mij arme mee.’

 

HEER, ai, maak mij Uwe wegen,

Door Uw woord en Geest bekend;

Leer mij, hoe die zijn gelegen,

En waarheen G’ Uw treden wendt,

Leid mij in Uw waarheid, leer

IJv’rig mij Uw wet betrachten;

Want Gij zijt mijn heil, o HEER’,

’k Blijf U al den dag verwachten.