1 Ik zeg de waarheid in Christus, ik lieg niet (mijn geweten mij mede getuigenis gevende door den Heiligen Geest),
2 Dat het mij een grote droefheid, en mijn hart een gedurige smart is.
3 Want ik zou zelf wel wensen verbannen te zijn van Christus, voor mijn broederen, die mijn maagschap zijn naar het vlees;
4 Welke Israëlieten zijn, welker is de aanneming tot kinderen, en de heerlijkheid, en de verbonden, en de wetgeving, en de dienst van God, en de beloftenissen;
5 Welker zijn de vaders, en uit welke Christus is, zoveel het vlees aangaat, Dewelke is God boven allen te prijzen in der eeuwigheid. Amen.

— Romeinen 9: 1-5

Paulus benoemt in vers 4 dat zijn volk, zijn familie, Israëlieten zijn. Je weet wel waar deze naam vandaan komt, toch? Jakob worstelt met God (Genesis 32) en krijgt daar bij Pniël van God een nieuwe naam. Hij heet niet meer de ‘bedrieger’ (Jakob), maar Strijder met God (Israël). Daar komt dit volk vandaan: Jakob. Eigenlijk al eerder, bij Abraham of Noach, maar dat komt later deze week.

 

Het eerste wat Paulus schrijft is dat Israël aangenomen is tot kinderen. Het volk van Israël zijn de kinderen van God! Staat dat echt in de Bijbel? Jazeker! In Exodus 4:22 zegt God tegen Mozes: “Dan moet u tegen de farao zeggen: Zo zegt de HEERE: Mijn zoon, Mijn eerstgeborene, is Israël”. Ook in Hosea 11:1 lezen we dat. Daar staat: “Toen Israël een kind was, had Ik hem lief, en uit Egypte heb Ik Mijn zoon geroepen”. Mijn Zoon is Jezus (Mattheus 2), maar allereerst Israël! Ook in Deuteronomium 14: 1 en Jeremia 31:9 lezen we dat.

 

Het wonderlijke is nu, dat God Israël tot Zijn kinderen aangenomen heeft. De heidenen (jij en ik) komen pas later. Wij zijn Christenen, omdat wij door Jezus Christus aangenomen zijn tot kinderen van God (denk aan je Doop). Door wedergeboorte en geloof zijn wij aangenomen kinderen van God. Ben jij wederom geboren? Mag je zeggen: Ik ben een kind van God?

 

Israël heeft ook de “heerlijkheid”. Dat hebben ze niet van zichzelf, want ze zijn maar een klein volk en (zeker vroeger) een arm volk. De heerlijkheid, het mooie van Israël, is de God van Israël, Die woonde in Zijn tempel te Jeruzalem. Gods heerlijkheid straalt af op Zijn volk.

 

Eenmaal komt Jezus terug. In Israël. Dan wordt die heerlijkheid hersteld. Jood en heiden zullen dan in Jeruzalem in die heerlijkheid delen! Jij ook?