Geniet het leven met de vrouw die gij liefhebt, al de dagen van uw ijdele leven, die God u gegeven heeft onder de zon, al uw ijdele dagen.

— Prediker 9:9

Wanneer jij dicht bij God leeft, elke dag met Hem begint, mag je onbekommerd de goede gaven van God met dank aanvaarden. Onder andere de gave van het huwelijksleven. Blijmoedig genieten. Niet dat er nooit zorgen zullen komen. Ook niet dat er geen verdriet zal zijn. Maar ondanks al die dingen, die soms best heel zwaar en heel naar kunnen zijn, tóch het huwelijksleven genieten. Liefde van de ander en voor de ander; zorgzaamheid, geborgenheid, vrede. Dan hoef jij je geen zorgen te maken over dingen die je niet in de hand hebt. Jezus zegt dat in Mattheüs 6: wees niet bezorgd voor de dag van morgen. Uw Hemelse Vader weet wat u nodig hebt. Hij zorgt voor u. Paulus herhaalt dat in Filippenzen 4: wees in geen enkel ding bezorgd, maar maak al je verlangens en eventuele zorgen bekend aan God. Hij zal je niet teleurstellen.

Het huwelijk is niet voor iedereen weggelegd. Maar je mag het de Heere vragen om je te geven wat Hij goed voor jou vindt. En dat is dan ook echt goed!

Wil je een levensgezel(lin), vraag er dan (niet drammerig) de Heere om. En wel zó’n vrouw/man, die mét jou de Heere kinderlijk vreest, hartelijk liefheeft, onvoorwaardelijk vertrouwt en levenslang volgt. Of dit wénst te doen. Zó zal het huwelijk geen kruis en last worden, maar een diepe vreugde geven. 

In dit verband mag ik ook de huwelijksgemeenschap noemen. Hoeveel zondigs er ook op het terrein van de seksualiteit is, als je samen de Heere dient, mag je innig van elkaar, ook lichamelijk, genieten. Nee, niet alleen lichamelijk en ook niet in de eerste plaats lichamelijk, maar als het hartelijk en zuiver goed ligt tussen man en vrouw, mag je ook lichamelijk genieten. Niet alleen de kamer en de keuken, de bijkeuken enz., maar ook de slaapkamer. In de vreze des HEEREN!



Lezen: Prediker 9:7-10