… en predik tegen haar
— Jona 1:2
Waarom moet hij tégen haar prediken? Omdat de afrekening eraan komt. Dat komt voor elk mens, ook voor jou en mij. En Jona mag in eerste instantie nog niet eens een uitweg verkondigen. Of ja toch. De Heere geeft dat volk nog 40 dagen. En al klinkt de oproep tot bekering niet, die zit er wel in verborgen. Gebruik die 40 dagen!
En wat heeft dat ons te zeggen? Wel ten eerste dit, dat de profetische boodschap altijd tégen de mens is. Jona had wel kunnen zeggen: ‘God is liefde’. Dat hij dacht: laat ik ze niet tegen de haren instrijken, want dat zullen ze vast niet fijn vinden. Maar dan was er niets veranderd. En dan was na 40 dagen dat oordeel wel gekomen. Daarom is een ontdekkende prediking een barmhartige prediking. Voordat Jona daar kwam met die boodschap leefden ze daar allemaal rustig. Alsof er geen dood en geen hel was. De geschiedenis van Jona en Ninevé laat zien dat de Heere niet wil dat wij verloren gaan. Daartoe heeft Hij de Meerdere van Jona gezonden. Om te zoeken en zalig te maken wat verloren is. En als we door die opzoekende genade van Christus gevonden worden. Dan zullen we ervaren dat God nooit tegen ons was, maar juist voor ons.
Door Ds. M.A. Kempeneers