Want er is een God, er is ook een Middelaar Gods en der mensen, de Mens Christus Jezus; Die Zichzelven gegeven heeft tot een rantsoen voor allen.
— 1Timotheus 2:5,6a
Christus droeg lijdend de toorn van God tegen de zonde van het ganse menselijke geslacht. Dat houdt niet in dat het totaal van alle mensen door Christus is gekocht en behouden wordt. Allen moet je meer zien als alle geslachten zoals in de belofte van Abraham: en in u zullen alle geslachten des aardrijks gezegend worden (Gen.12:3). Dit allen is de bestaansgrond van zending en evangelisatie. Overal en altijd, aan welk volk, geslacht of persoon dan ook, dient het Borgtochtelijke werk van Christus gepredikt te worden. Gepaard met de oproep tot geloof en bekering. Het kan niet uitgesteld worden.
Ik herinner mij een vrouw op straat die de evangelisatiefolder aannam en reageerde dat wanneer zij tijd had zij met mij in contact zal treden. Onze tijd is niet Gods tijd, zei ik. Dan kan het misschien te laat zijn.
Christus is de losprijs voor allen. Dat betekent dat er één Middelaar Gods is, Jezus Christus. Er is er dus maar Eén. Eén die van het vuur kan redden en de aarde in het licht van de glanzende Morgenster stelt.
Van nature zien we onze zondigheid niet en zien ook de diepe betekenis van Christus’ kruisweg niet. We zijn van nature gericht op aardse zaken. Totdat we er achter komen dat niets hier blijvend is en alles eenmaal zal vergaan. We zijn net als die torenbouwers van Babel die langs eigen weg in de hemel denken te komen. Gods Geest moet er aan te pas komen om mijzelf in waarheid te zien en Hem te zien de Man van Smarten die Zijn kruisweg gaat. Mijn wil moet worden omgebogen. Mijn zorgeloosheid moet wijken voor ernst. Mijn wereldsgezindheid voor heiligheid. Mijn ongeloof moet eraan en moet wijken voor geloof. Het Koninkrijk van God moet worden opgericht.
Ik ga Hem omhelzen Die Zichzelf heeft gegeven tot een rantsoen voor velen.
In mijn hart vindt de Goddelijke ruil plaats. Hij mijn onheiligheid, ik Zijn heiligheid. Hij mijn ongerechtigheid, ik Zijn gerechtigheid. Mijn stenen hart wordt een vlesen hart. Vindt mijn onrustige hart rust in Hem de Middelaar Gods en der mensen.
Door Kand. W.J. Korving