‘Sion zal door recht verlost worden, en haar wederkerenden door gerechtigheid’
— Jesaja 1:27)
De woorden van onze dagtekst worden in de preek nog wel eens aangehaald. Wat is toch de betekenis van die tekstwoorden? Sion is Jeruzalem, of de Joden die zich concentreerden rond Jeruzalem. De Heere zal door het gericht Jeruzalem niet sparen. Een jarenlange ballingschap in Babel zal volgen. Israel had de maat vol gezondigd. We zien dat duidelijk wanneer we heel het eerste hoofdstuk van Jesaja lezen. Maar eens zal de Heere ook recht doen op hun klacht. Dan zullen de rollen omgekeerd worden. Dan zullen de Joden weer terug komen in het land van ouds beloofd. Zo is het ook met het geestelijk Sion, dat wil zeggen Gods volk en kinderen. Naar recht zou de Heere hen moeten verdoemen in een eeuwige ballingschap. Dat is een zaak die Gods kinderen beleven. Zij zingen van harte ‘Zo Gij in ’t recht zou treden en gadeslaan ons ongerechtigheden, ach wie zou dan bestaan!’ en ook ‘Uw doen is rein, Uw vonnis gans rechtvaardig’. Nu is er naast het verdoemend recht ook een verzoenend recht. De toorn Gods onder welke de zondaar voor eeuwig had moeten verzinken is gelegd op de Zoon van God. God kan immers geen afstand van Zijn recht doen? Wie niet weet van dit verzoenend recht zal eenmaal te maken krijgen met het verdoemend recht. Let echter op. Er wordt gesproken over wederkerenden. Terugkerenden. Dat doet me denken aan de verloren zoon. Hij werd zich bewust van zonde en schuld en keerde weder tot de vader. En wat was dat een grote meevaller. Luister daarom tenslotte naar een andere profeet: Keer weder gij afkerige kinderen, Ik zal uw afkeringen genezen: Zie, hier zijn wij, wij komen tot U, want Gij zijt de HEERE onze God (Jer.3:22)
Door Ds. M. van Kooten