Wij bidden van Christuswege: Laat u met God verzoenen.
— 2 Korinthe 5: 20b
Paulus noemt zich met al Gods trouwe dienstknechten ‘gezanten van Christuswege’. Gezanten of ambassadeurs zijn afgevaardigden van een regering. Ze worden gezonden naar een ander land om namens de regering een boodschap te brengen. Gezanten van Christuswege brengen een boodschap alsof God door hen bidt. God doet in de prediking door de mond van Zijn dienstknechten een indringend beroep op ons: een bevel tot geloof en bekering. Het laat Hem niet koud of je verloren zult gaan of niet. Hij vraagt, met innerlijke ontferming bewogen, jouw hart: Jongen, meisje, man, vrouw, waarom zou je verloren gaan? Mijn zoon, mijn dochter, geef Mij uw hart.
Van Christuswege moet de klemmende boodschap tot eenieder uitgaan: ‘Laat u met God verzoenen.’ Van nature zijn we vijanden van God en wacht ons de eeuwige dood. Maar er is vrede, er is verzoening mogelijk. Christus heeft die verzoening verworven in de weg van lijden en sterven. Alleen door een waar geloof in Hem gaan we delen in die verzoening.
Als u of jij nog zonder God en buiten Christus voortleeft: laat u met God verzoenen! Geef vandaag je tegenstand op. Lever je aan Hem uit. Zelfs de grootste der zondaren kan met God verzoend worden. Het offer van Christus is daarvoor overvloedig genoegzaam. De liefde van Christus dringt ons.
Want Dien, Die geen zonde gekend heeft, heeft Hij zonde voor ons gemaakt, opdat wij zouden worden rechtvaardigheid Gods in Hem. Hoe zullen wij ontvlieden, indien wij op zo’n grote zaligheid geen acht geven?
Je hoeft God niet te verzoenen, want Hij is verzoend. God was in Christus de wereld met Zichzelf verzoenende. Christus heeft de prijs betaald. Het Lam Gods draagt de zonden van de wereld weg. Hij heeft de toorn van God tegen de zonde gedragen voor eenieder die in Hem gelooft.
Lezen: Jesaja 55
Door Ds. J. Joppe