Gij zijt mij een Verberging, Gij behoedt mij voor benauwdheid; Gij omringt mij met vrolijke gezangen van bevrijding. Sela.
— Psalm 32:5b
David is intens verwonderd. De Heere heeft zijn schuld willen vergeven. In plaats van droefheid en moeite, stroomt zijn hart vol met vreugde en vrede. Met al zijn overtredingen kon hij bij de Heere schuilen. David noemt Hem in vers 7 niet voor niets ‘een Verberging’. Dat is Christus nu ook voor Zijn gelovigen. Een Verberging. Een Verberging tegen Gods toorn, Zijn heilige boosheid over de zonde. Een Verberging tegen Gods rechtvaardige, Zijn zuivere oordeel. Een Verberging tegen de aanklachten van satan. Een Verberging tegen de zonde. In Christus zijn Zijn gelovigen voor tijd en eeuwigheid veilig.
Jij ook, als je het leven met Christus kent. Dan hoef je voor de dood en het oordeel niet meer te vrezen. Dan mag je weten dat Christus al jouw zonden en gebreken heeft gedragen. Dat Hij voor al jouw zonde en schuld aan het kruis heeft betaald. Maar als je Christus niet kent als jouw Verberging dan sta je alleen. Dan is je schuld niet bedekt en niet vergeven. Dan zul je in voor eeuwig verloren gaan.
Ik wil je aan het einde van deze week dan ook dezelfde vraag stellen als afgelopen maandag: Ben jij echt gelukkig? Volmaakt gelukkig, omdat ook jouw overtreding vergeven en ook jouw zonde bedekt is? Als je ook nu nog moet zeggen dat je het leven met de Heere niet kent, belijdt dat de Heere dan toch biddend. David is bij Hem niet beschaamd uitgekomen en dat zal niemand die Hem nodig leert krijgen. Zoek Hem dan, opdat ook jij wel-geluk-zalig zou zijn.
Door Ds. B.D. Bouman