De vreze des HEEREN is, te haten het kwade, de hovaardigheid, en den hoogmoed, en den kwaden weg; Ik haat ook den mond der verkeerdheden.
— Spreuken 8:13
Gisteren zag we wat de vreze des HEEREN is. Een van de onderdelen is ontzag voor de HEERE. Want de HEERE is heilig en rechtvaardig. Dat betekent dat Hij niets met de zonde te maken kan hebben. Dat betekent dat Hij onrecht niet kan verdragen. Het wonder is tegelijk dat deze heilige en rechtvaardige HEERE wel omgang wil hebben met zondaren. Dat kan alleen door de Heere Jezus Christus. Wanneer je Hem leert kennen, wanneer er vertrouwen op Hem en liefde tot Hem in je hart komt, komt er tegelijk zoveel ontzag voor Zijn heiligheid en rechtvaardigheid dat er een haat in je hart komt, voor alles wat daarmee niet overeenstemt. Zoals de HEERE onheiligheid en onrechtvaardigheid haat, zo komt dat ook in jouw hart. Onheiligheid en onrechtvaardigheid zijn de dingen die tegen Gods Woord ingaan: dat gaat om dingen die we doen, zeggen en denken. Jouw handen en voeten worden voortaan gebruikt tot Gods eer. Jouw mond brengt geen dingen voort die tegen Gods Woord ingaan of schade aan onze naaste toebrengen. Trots (hovaardigheid) en hoogmoed kunnen in jouw hart geen plaats houden: daar moet tegen gestreden worden. Het haten van deze dingen is een dagelijkse strijd. Deze strijd komt voort vanuit het besef dat je een heilig en rechtvaardig God mag dienen: uit genade door het geloof in de Heere Jezus Christus. En dan komt er ook liefde voor mede-zondaren: dat ook zij zich van deze dingen bekeren.
Door Ds. M.W. Muilwijk