"Doorgrond mij, o God, en ken mijn hart, beproef mij en ken mijn gedachten en zie, of bij mij een schadelijke weg zij; en leid mij op den eeuwigen weg".
Psalm 139:24b: " (…) en leid mij op den eeuwigen weg
— Psalm 139:23-24
David vraagt de Heere in deze psalm niet of de Heere hem de eeuwige weg wil wijzen. Nee, het is zijn diepe verlangen dat de Heere hem op de eeuwige weg leidt. Hij vraagt als het ware of de Heere hem bij de hand wil nemen, zodat hij de schadelijke weg zal verlaten en Gods weg zal bewandelen. In eigen kracht is hij daartoe niet in staat. Het is zijn diepe verlangen dat de Heere hem op de eeuwige weg zal leiden. Een weg die ten diepste telkens weer uitkomt bij de Zaligmaker Jezus Christus, die heeft gezegd "Ik ben de Weg". Een weg ook waarop Gods zegen wordt gevonden en die uitloopt op de eeuwige heerlijkheid.
Van nature bewandelen wij die schadelijke weg, die bij God vandaan loopt. Maar als Gods Geest je hart en leven gaat veranderen dan trekt de Heere je naar Zichzelf toe. Dan werkt Hij het verlangen in je hart om die schadelijke weg te verlaten en de eeuwige weg te gaan bewandelen.
Hoe is dat bij jou? Misschien moet je wel zeggen dat je nog steeds die schadelijke weg bewandelt. Misschien moet je wel zeggen dat je niet weet of de Heere Zijn werk in je leven begonnen is. Laat Psalm 139 je dan bemoedigen. De Heere kent en doorgrondt je volledig. Hij weet wat er in je hart leeft. Vraag het Hem daarom maar biddend: "Doorgrond mij, o God, en ken mijn hart, beproef mij en ken mijn gedachten en zie, of bij mij een schadelijke weg zij; en leid mij op den eeuwigen weg".
Door Ds. B.D. Bouman