— Handelingen 10: 40-48
En Petrus, zijn mond opendoende… verkondigt Jezus
Door mensen gedood… MAAR GOD….! (vers 46).
Maar God…. God heeft Hem opgewekt uit de dood, gegeven dat Hij zou verschijnen aan Zijn volgelingen en die krijgen weer het bevel om Hem tot het volk te preken. Hij moet bekend gemaakt worden als de Rechter van hemel en aarde, levenden en doden.
Dat is ook een boodschap! De verguisde Man van Nazareth, Die bespotte en afgewezen Jezus… Hij is de Rechter van allen! Iets om vandaag over na de denken. We zullen allemaal gedaagd worden voor de Rechterstoel van Christus… om weg te dragen (geoordeeld te worden) over dat wat we gedaan hebben. Niet onze vrome woorden. Niet onze tranentrekkende geloofsbelijdenis. Niet onze dogma’s. Maar datgene wat we gedaan hebben. (vergelijk ook met Mattheus 25: 31 en verder)
Aangrijpend!
Maar zover is het nog niet. Er wordt over vergeving gesproken. In Zijn Naam. Die Naam van Jezus. Ruist vanmorgen langs de wolken, in de kamer waar je dit leest, in je hart. Een liefelijke Naam. Een troostvolle Naam. Een zaligmakende Naam. Een heerlijke Naam. Jezus.
Redder. Verlosser. Zaligmaker. Geneesheer en Heiland (Heelmaker).
En als die NAAM valt, stort de Heilige Geest Zich over de mensen heen. Overvloedig. Genadig. Onbesneden heidenen komen tot geloof en gaan de grote werken van God verkondigen. Bevrijd uit de duistere machten, zien ze het Licht en het Licht komt over hen en in hen.
Laat dat vandaag in jouw en mijn hart en huis(gezin) gebeuren en morgen in de kerk. In je vriendenkring. Bij je collega’s. In je studentenkring. Op je vakantieadres. De Geest wordt uitgestort. Bij de verkondiging van DE NAAM. De Naam Jezus. Heerlijk.
O Geest, doorwaai de hof van mijn leven. Vervul mij met Uw gaven en vruchten. Laat mij God loven.
Door Ds. J.R. van Vugt