Toen zeiden de vrouwen tot Naomi: Geloofd zij de HEERE, Die niet heeft nagelaten u heden een losser te geven; en zijn naam worde vermaard in Israël!
Ruth 4:14
— Ruth 4:14-16
Met dat we het einde van het boekje Ruth naderen, begint komende zondag de adventsperiode, de periode waarin we toeleven naar het Kerstfeest als de grote Verlosser geboren wordt in Bethlehem. Om Hem gaat het. Dat is de diepe klank van wat de buurvrouwen op het zeer geestelijke kraambezoek tegen Naomi zeggen. Ze hebben in dit kind Gods goedertierenheid en ontfermende genade voor haar gezien. Alles is voor haar anders geworden. Naomi had het beloofde land de rug toegekeerd om de oordelen van God te ontvluchten, en ze was berooid en verbitterd teruggekeerd. Maar in Zijn ontferming en liefde heeft de HEERE onophoudelijk aan haar (en het volk) gedacht. Dwars door alle ellende heen is Hij doorgegaan zodat zij nu een losser heeft, een bevrijder, een kind dat voor haar de toekomst opendoet. Ze had immers niets meer. Maar nu maakt God alles anders. Ze heeft een erfdeel. En nu heeft ze een erfgenaam. Ze neemt het ventje op schoot, omhelst hem, ‘God heeft niet nagelaten…!’. Als je even uitzoomt bij de woorden van de buurvrouwen, hoor je daarin wat er in Johannes 3:16 staat: ‘Alzo lief had God de wereld’. Vanaf de zondeval is Hij eropuit geweest via Abraham en Israël om te zorgen voor verlossing, voor Israël én de volken. Daarover gaat advent, dat er uitkomst is, een nieuwe toekomst voor mensen zonder toekomst door hun zonde en schuld. Dat er een Kind geboren wordt om zondaren te verlossen van Gods oordeel, om vergeving te schenken en een eeuwige toekomst in Gods Rijk. Jezus wordt geboren omdat de HEERE ons wil redden. Hij bracht Ruth en Naomi in contact met de losser. Hij brengt ons door de prediking in contact met dé Losser, tot onze troost. Hoe reageer jij?
Door Ds. P.W.J. van der Toorn