‘wanneer gij een gelofte aan God zult beloofd hebben, stel niet uit dezelve te betalen, want Hij heeft geen lust aan de zotten; wat gij zult beloofd hebben, betaal het’
— Prediker 5 vers 3
In de bijbel lezen we dikwijls over het afleggen van een gelofte. Bij een bijzondere gebeurtenis, zoals bewaring bij een ongeluk of genezing van een ziekte beloof je onder ede aan de HEERE om iets voor Hem te doen. ‘Ik zal, nu ik mag ademhalen, na zoveel bange tegenspoed, al mijn geloften U betalen, U Die in nood mij hebt behoed’(Psalm 66).
De bedoeling is om je aan de HEERE te verbinden. Je moet als je op een plechtig moment in je leven je ja-woord geeft aan de HEERE dat met heel je hart, maar ook met je verstand doen. In vers 4 staat dat het beter is om niet te beloven dan te beloven en niet te betalen. Een gelofte moet je weloverwogen doen. Niet als Jefta die daarmee zijn dochter in levensgevaar bracht.
Het belijdenis doen van je geloof is het afleggen van een gelofte. Dat verwacht de HEERE van je, zo zeker als je bij je doop in Zijn Naam Zijn vaste belofte van genade en zaligheid gekregen hebt. Als het goed is doe je dit niet zomaar. Je voelt het gewicht van je ja-woord aan Hem. Je beseft ook dat je dit van jezelf niet kunt geven en waarmaken. Het kan alleen in biddend opzien tot Hem, door de kracht die Hij geeft en vertrouwend op de hulp van Zijn Geest Die je tot Leidsman wil zijn op de smalle weg van het dienen van de HEERE.
Onze tekst zegt dat we ook moeten betalen wat we zo stellig en plechtig beloofd hebben. Dat spreekt niet vanzelf. Petrus deed een gelofte aan de Heere Jezus om Hem te allen tijde te verdedigen en trouw te blijven, al zou het ook zijn leven kosten. Hij deed het uit liefde. Maar wat kwam ervan terecht! Hij heeft zichzelf overschat en de last van Jezus’ lijden onderschat.
Maar hier gaat het over iets anders: de HEERE zomaar iets beloven zonder enig besef van Wie de HEERE is. Zonder liefde tot de HEERE. Dat is dwaasheid. En God heeft geen lust aan zotten: ze zeggen zomaar wat en noemen de Naam van de HEERE erbij. Dan zondig je tegen het derde gebod. Wee ons als we de Naam van de HEERE ijdel, zomaar, gebruiken zonder aan Hem te denken en Hem te bedoelen. Dat is feitelijk vloeken. Wacht je ervoor. Dien de HEERE met heel je hart. ’t Geen gij belooft, moet d’ Allerhoogst’ ontvangen’. (Ps. 50)
Door Ds. A. den Boer