… en zij bekeerden zich niet van hun werken.
Openbaring 16:11
— Openbaring 16:8-11
Dat is erg. Als de hel je niet verschrikt en de hemel je niet verkwikt. Maar zo zullen er mensen zijn, die zich blijven verzetten tegen God, koste wat het kost. Zelfs als ze voor de poorten van de hel staan. Ze moeten God niet. Ze haten Hem. Als het oordeel komt, hoor je uit hun mond niet: ‘Dat is rechtvaardig’. Nee, ze spuiten hun gif richting de hemel. Ze vervloeken God juist. Alles komt uit hun mond, behalve woorden van berouw en bekering. Voor die verharding zullen ze eeuwig moeten boeten. Daar vragen ze zelf om. Waarom beschrijft Johannes dit? Om je tot bekering te roepen. Om te gehoorzamen aan Zijn roepstem. Hoe vaak heeft Hij je niet gelokt met Zijn Evangelie? Hoe vaak heeft Hij niet Zijn liefde betoond? Hoe vaak zijn er geen waarschuwingssignalen vanuit de hemel gekomen? Dat er sterfgevallen in je omgeving waren, dat je ziek werd, dat je tegenslag kende. Hoezeer wilde God je niet op de knieën brengen. Wat was je antwoord? Het punt is: er zijn maar twee antwoorden. En als je geen antwoord geeft, geef je óók antwoord, dan is je antwoord nog altijd ‘nee’ tegen de Heere en tegen Zijn Gezalfde. Psalm 2 zegt: ‘Kust den Zoon, opdat Hij niet toorne, en gij op den weg vergaat, wanneer Zijn toorn maar een weinig zou ontbranden. Welgelukzalig zijn allen, die op Hem betrouwen.’ Als je Zijn stem hoort, verhard je niet, maar laat je leiden. Vandaag is Hij nog genadig. En onthoud: Kiezen tegen God heeft grote gevolgen. Niet kiezen ook.
Door Ds. P.W.J. van der Toorn