Ik zal Mijn verbond oprichten … om voor u te zijn tot een God, en voor uw zaad na u.
Genesis 17:7b
— Psalm 25:4-10
Wat denk je, is God jouw God? Als je ‘Ja’ zegt, weet je dan ook wat dat betekent? Het betekent dat Hij het in heel je leven voor het zeggen heeft. Hij is je Eigenaar; jij bent Zijn dienstknecht (of als meisje [ouderwets gezegd] Zijn dienstmaagd). Jij dient Hem en luistert naar Zijn bevel.
Toch is dat het niet zozeer waarover het hier gaat, nu God tegen Abram zegt dat Hij Abrams God is. Wat dan wel? Ik zal je laten lezen wat de vertalers van onze Bijbel erover schreven in een voetnoot/kanttekening: Ik ben uw Zaligmaker door de komende Messias.
In de besnijdenis, en later de doop, onderstreept God dit nog eens. God wil jou redden van het verderf. Ga dus naar Hem toe en belijd Hem al je ellende, al je zonde en strafwaardigheid. Smeek Hem je te verlossen van zonde, duivel en hel. Als je Hem als jouw God aanvaardt, als jouw Zaligmaker, dan krijg je – alweer volgens de kanttekening – al de ‘goederen die dit verbond der genade meebrengt’. Welke schatten worden dan jouw eigendom? Vergeving der zonde; vrede met God; vertrouwelijke omgang als kind met Vader; in het testament opgenomen zijn = erfgenaam zijn van het eeuwige genieten, het eeuwige leven.
Je bent wel een dwaas als jij je dit laat ontglippen. Ga er niet aan voorbij. Maar smeek de God van Abram om jóu tot Zich te trekken en jóu vandaag Zijn liefde te doen proeven, zoals deze blijkt in de gave van Zijn eniggeboren Zoon!
Weet je niet hoe het allemaal kan of wat je precies moet doen? Vertel openhartig álles aan de Heere en vraag Hem om het onderwijs van Zijn Geest en Zijn Woord. Zo heb je leren zingen met het versje dat je nu in de onberijmde Psalm leest.
Door Ds. W. Pieters