15 Februari 2023
Het reukofferaltaar
Het reukofferaltaar

Gij zult ook een reukaltaar des reukwerks maken; van sittimhout zult gij het maken.

— Exodus 30:1

Het derde voorwerp dat in het heilige deel van de tabernakel was geplaatst is het reukofferaltaar. Het stond voor het voorhangsel dat de afscheiding vormde naar het heilige der heiligen. Het was veel kleiner dan het grote brandaltaar in het voorhof. Op dit altaar werd reukwerk verbrand waarvan de geurige rook omhoogsteeg. Het verwijst naar het gebed (Psalm 141). Dit reukwerk werd aangestoken met de kolen van het brandaltaar.

 

Dit was de zonde van Nadab en Abihu, dat zij vreemd vuur op het reukaltaar hadden gebracht. Hun gloeiende kolen kwamen uit hun eigen keuken. Maar God wil niet gediend en niet gebeden worden met onze eigengemaakte godsdienst. Het luistert nauw. Als het brandaltaar wijst op de noodzakelijke offers voor de zonde, ja op Christus’ offer, dan kan ons gebed alleen een aangename geur zijn voor de Heere als het opstijgt op grond van dat volbrachte werk. Iedere andere pleitgrond is als een stank in Zijn neusgaten.

 

Eigenzinnigheid in de dienst van God houdt eigenlijk in dat wij het beter weten dan God en van mening zijn dat Hij maar genoegen moet nemen met wat wij ervan vinden. Herkenbaar? Tweemaal per dag moest dit reukwerk worden aangestoken, als een morgen- en avondoffer. De hele dag staat zo ingeklemd tussen het gebed. Jouw dag ook? Bid zonder ophouden! Ja, dat kan ook onder je werk, tijdens het strijken of eten koken, achter het stuur of aan je bureau. Het reukaltaar laat ons zien: de Heere nodigt tot gebed. Hij wordt verheerlijkt als wij biddend onze diepe afhankelijkheid belijden en beleven. Vergeet nooit: er is een Hogepriester in de hemel, Die leeft om te bidden. En daarom heeft ook ons bidden zin.

Ds. H. Korving

Door Ds. H. Korving

Ook interessant
JouwKompas is een initiatief van omsionswil.nl