… Maar nu, vergeef toch de overtreding der dienaren van den God uws vaders.
— Genesis 50:17m
Ik heb het je wel vergeven, maar vergeten doe ik het niet gauw. Herken je deze uitspraak, bij jezelf of bij een ander? Het is ook moeilijk om iets uit je geheugen te bannen. Maar zou dat zo letterlijk bedoeld zijn? Het gaat erom, dat je niet steeds op een gebeurtenis terugkomt die je hebt uitgepraat en die tot het verleden behoort. Vergeven en er dan die ander niet steeds weer mee confronteren. ’t Is wel vergeven, maar ik weet het nog goed…
Vader Jakob is gestorven en begraven. Het geweten van de broers gaat (weer) spreken. Zo de waard is, vertrouwt hij zijn gasten. Ze denken dat Jozef nu wraak gaat nemen. Vreemde gedachten. Toch komen ze er eerlijk mee voor de dag. Ze hebben het er met vader Jakob nog over gehad. Ze erkennen schuld en ze vragen vergeving. Dat is toch mooi, of niet? Maar wat doet Jozef? Hij weende. Waarom? Omdat hij voelt waarom ze het vragen, ze denken aan vergelding van Jozefs kant. Hoor de wijze woorden van Jozef: ‘Ben ik in plaats van God? Jullie hebben wel kwaad tegen mij gedacht, dat is waar. Maar God heeft alles ten goede gedacht’
Het moest zo gaan. Wees niet bevreesd, broers, want ik zorg voor jullie en voor je kinderen. Alles is vergeven en vergeten! Veel heerlijker geldt dit van God: Ik gedenk uw/jouw zonde niet meer, maar werp ze achter Mijn rug in een zee van eeuwige vergetelheid. Zo ver heeft Hij, om onze ziel te troosten, van ons de schuld en zonden weggedaan. Dat is Goddelijke vergeving! Mag jij daar door genade in delen?
Lezen: Genesis 50:15-21
Door B.S. van Groningen