En God hoorde de stem van den jongen; en de Engel Gods riep Hagar toe uit den hemel, en zeide tot haar: Wat is u, Hagar? Vrees niet; want God heeft naar des jongens stem gehoord, ter plaatse, waar hij is.
— Genesis 21:17
Daar zit ze in de zinderende hitte, huilend, helemaal alleen. Niemand ziet haar. Niemand hoort haar. Niemand begrijpt haar. Ze is weggejaagd en voelt zich verward, wanhopig en radeloos. Zo kun jij je ook voelen. Misschien wel vandaag, terwijl je dit leest.
Het is Hagar. Moeder van een bijzonder kind. Hij heeft een naam van God zelf gekregen: Ismaël, wat God hoort betekent.
Toch bidt Hagar niet tot Die God Die hoort. Ze ziet het niet meer zitten. Het loopt dood. Het water is op. Ismaël ligt verderop onder de struiken. Hij gaat sterven maar spreekt tot de Heere. En God hoorde de stem van de jongen. Omdat de Heere die naam aan deze jongen heeft gegeven en omdat Hij Zijn Woord waar, echt maakt.
Hagar hoort de stem van een engel: ‘Vrees niet, want God heeft naar des jongens stem gehoord, ter plaatse waar hij is.’ Dan ziet ze ook wat: ‘God opende haar ogen, dat zij een waterput zag, en zij ging, en vulde de fles met water, en gaf den jongen te drinken.’
Hagar zat heel dicht bij een waterput, maar ze zag hem niet.
Zo kun jij ook heel dicht bij God zijn en niets van Hem zien, voelen of merken. Terwijl je Hem juist zo nodig hebt. Jij leest vandaag deze overdenking. God is ook nu dichtbij. Denk aan Ismaël die door Abraham, zijn vader, was weggestuurd, maar God hoort hem wel. Sta daar eens bij stil. Ismaël: God hoort! Hoe het ook met je gaat, wat je ook allemaal op je kerfstok hebt, wat voor puinhoop je er ook van gemaakt hebt, hoe je je ook voelt; Hij ziet en hoort jou! Ter plaatse waar je bent. Oftewel: daar waar je nu bent. Zo dichtbij is Hij.
Hagar zag het niet. God opende genadig haar ogen. Hij doet dat nog steeds! Hij maakt nog steeds Zijn Woord waar!
Door Filip Uijl