En dezen zullen gaan in de eeuwige pijn; maar de rechtvaardigen in het eeuwige leven.
— Mattheüs 25:46
Er is een weg naar de hemel en naar de hel! Wie naar de hemel wil, leeft hier al hemels. Wie hemels leeft, heeft veel verdriet omdat hij in zijn waarneming zo weinig hemels leeft. Omgekeerd is ook waar. Wie naar de hel gaat, leeft hier hels. Hij is ten diepste nooit echt blij, nooit echt tevreden, nooit echt gelukkig!
In Mattheüs 25:31-46 wordt iets over het laatste oordeel gezegd. De schapen worden van de bokken gescheiden. Er zijn dus blijkbaar maar twee groepen mensen. Die scheiding wordt gemaakt op grond van welke houding mensen tegenover Jezus in hun leven hebben aangenomen (vers 35,36,42,43). En die houding tegenover Jezus blijkt tot uiting te komen in onze houding tegenover één van de minsten van Gods Koninkrijk (vers 40,45). Hoe wij hebben geleefd, doet er dus toe en bepaalt waar wij de eeuwigheid zullen doorbrengen.
Nu leven wij van nature op de brede weg naar de hel. Op die weg geloven wij ten diepste niet dat er een hel is. Of dat nu uiterlijk onverschillig is of met indrukken zonder een daadwerkelijk vluchten tot Christus, maakt in wezen niet uit. Op de brede weg kunnen we het uithouden zonder Christus. Of is dat in jouw leven anders geworden. Drukt jouw schuld je zodanig dat je uitroept: Geef mij Jezus of ik sterf, want buiten Jezus is geen leven, maar een eeuwig zielsverderf?
Nu is er nog geen eeuwige scheiding. Nu komt nog het aanbod van de genade tot ons. Laten wij de genadetijd gebruiken en uitkopen. Laten wij de middelen gebruiken en tot inzicht komen dat Christus naar de wereld is gekomen om zondaren zalig te maken. Laten wij onszelf onderzoeken en niet anderen veroordelen.
Door Ds. J. Lohuis