Als Ezra alzo bad, en als hij deze belijdenis deed, wenende en zich voor Gods huis nederwerpende, verzamelde zich tot hem uit Israël een zeer grote gemeente van mannen, vrouwen, en kinderen; want het volk weende met groot geween.
— Ezra 10:1
Actie geeft reactie. Dat zie je bij demonstraties. Toen de Pegida-voorman in Arnhem de Koran wilde verbranden, kwamen er veel boze reacties. Er werden later ook Korans uitgedeeld. Een goede reactie is niet verkeerd. Reacties uit boosheid wel.
Terwijl Ezra bidt – en dat doet hij hardop, bij het huis van God – komen de mensen toegestroomd. Als een lopend vuurtje zal het Jeruzalem doorgegaan zijn. En de Heilige Geest gebruikt het om mensen ‘in de schuld’ te brengen.
Het overdenken van zonden geeft verdriet. Huil je dan altijd met echte tranen? Dat hoeft niet. Niet iedereen heeft evenveel tranen. De echte droefheid naar God (zie 2 Korinthe 7:10) zit in je hart. Maar het láchen vergaat je dan wel.
Het volk huilt met een groot gehuil. Da’s toch wel wat anders dan boos schreeuwen, hè? Ze hadden ook kunnen denken: waar bemoeit die man zich mee? Hij is nog maar net uit Babel teruggekeerd en mag dan wel een Schriftgeleerde zijn, maar wij hebben hier ons eigen leven. Maar nee, de zonde wordt voor hen échte schuld. En met schuld kun je niet voor God bestaan. Je hebt een Borg nodig. Je hebt Jezus nodig!
Sechanjá neemt het woord: ‘Wij hebben overtreden tegen onze God’ (vers 2). En daar blijft het niet bij. Alle heidense vrouwen en hun kinderen worden weggestuurd. Dat noem je bekering. Of: reformatie. Is er wellicht ook een reformatie in jouw (digitale) leven nodig? In de God van Ezra is alle macht en alle kracht. Zoek het bij Hem!
Door Ada Schouten-Verrips